Motorische mijlpalen

Hoi Lieve  mommy’s en mommy’s to be (en andere die het leuk vinden om mee te lezen natuurlijk),

Wat leuk dat je weer de tijd neemt om mijn blog te lezen. Zoals beloofd zal het in deze blog gaan over mijlpalen, motorische mijlpalen. Mijlpalen zijn motorische vaardigheden die je kindje gaat behalen. Niet elk kindje doet het op dezelfde manier, hetzelfde tempo en op dezelfde volgorde. Vaak hoor je op het kinderdagverblijf, bij vriendinnen, of op verjaardagen: ‘die van mij liep al voor zijn eerste verjaardag!’ of ‘kruipt die van jou nog niet? Die van mij deed dat met zes maanden.’ Of ‘mijn kindje rolde al met tien weken’. Deze kindjes zijn dan heel bijzonder en eerder uitzondering dan de regel. Wat ik in deze blog wil schrijven is wat je daadwerkelijk mag verwachten van je kindje. Vandaag zal ik meer een globale weergave van de motorische mijlpalen tot aan het tijgeren voor jullie beschrijven en in komende blogs zal ik afmaken tot lopen en per mijlpaal nog specifiek ingaan.

Er zijn ontzettend veel bronnen die je kunt gebruiken om dit uit te zoeken of op te schrijven. Omdat jullie allemaal met je kindje naar het consultatiebureau gaan zal ik het schema dat zij gebruiken, het van wiechenschema, als leidraad nemen en aanvullen met andere bronnen om een zo compleet mogelijk plaatje te creëren.

Als een kind geboren wordt hoeft het nog niet zo veel. Het belangrijkste is het proberen om met de ogen te fixeren. Dit moet ongeveer aan het einde van de eerste maand lukken. Ook zullen de handen van je kindje zich steeds meer bewust gaan openen en zal het (per ongeluk) iets pakken. Pas vanaf drie maanden begint de ontwikkeling van de hand-hand coördinatie en zal het gerichter naar speelgoed toe gaan en zal je kindje zijn handen veel in de mond stoppen. Het zal je kindje geregeld gebeuren dat het speelgoed vastheeft en het op zijn gezicht laat vallen. Pas vanaf negen maanden begint het bewust loslaten van speelgoed en zal speelgoed minder vaak per ongeluk vallen.

Lees ook: Voorkeurshouding

In buikligging zal er de eerste twee maanden weinig gebeuren. Je zult zien dat je kindje vanaf drie maanden het hoofd goed kan heffen en dit even kan volhouden. Hierbij steunt je kindje op zijn onderarmen. Vanaf een maand of vier zal je kindje het hoofd pas echt hoog op kunnen tillen, mocht je het willen meten, ongeveer 90 graden ten opzichte van de onderlaag.

Vanaf vier maanden kan je kindje gaan rollen. Dit zijn wel de hele snelle. Gemiddeld is dit zo rond de zes maanden, maar zeven mag ook nog wel. Zoals je kunt lezen is deze spreiding al best groot. Deze spreiding wordt naarmate je kindje meer moet gaan doen alleen maar groter.
Zodra je kindje kan rollen breekt, meestal, een periode aan van veel mopperen op de buik omdat je kindje nog niet terug kan rollen. Dit zal niet alleen overdag zijn maar ook als je kindje ’s nachts even wakker is geweest kan het zich nu omrollen. Hier kun je eigenlijk niks aan doen. Ga je kindje vooral niet vastleggen. Je kindje is sterker dan je denkt en dit kan bij vastleggen voor gevaarlijke situaties zorgen!

Het spelen op de buik is vaak een hele nieuwe ervaring voor de kindjes, waarom? Vanaf dit moment zie je kindje de wereld niet alleen vanuit rugligging (het plafond en een heel klein stukje van wat er naast hem gebeurd), maar gaat er letterlijk een nieuwe wereld voor ze open je kunt ineens de vloer zien, echt goed om je heen kijken en papa en mama volgen als ze door de woonkamer lopen. Het is goed om je dit te realiseren en van buikligging een feestje te maken. Je kindje houdt het natuurlijk geen uren vol, maar buikligging is ontzettend belangrijk voor de verdere ontwikkeling en daarom is het goed om dit zo leuk mogelijk te maken! Haal alles uit de kast. Ga er bijvoorbeeld zelf voorliggen op je buik. Speel met een spiegeltje of laat oudere broertjes of zusjes helpen om het zo leuk mogelijk te maken.

Eenmaal op de buik is het na een periode van goed oefenen op de buik tijd om te gaan draaien op de buik. De eerste keer kan het maar zo zijn dat je kindje op de buik ligt te spelen en zonder dat je het door hebt ligt het ineens helemaal andersom op de buik. Dit noemen we pivoteren, het op je buik ronddraaien. Meestal ligt je kindje op een zacht box kleed op de grond, nu is misschien een goed moment om te evalueren of dit nog wel zo handig is. Probeer het zelf maar eens, ga met je buik op het box kleed van je kindje liggen en draai op je buik met behulp van je armen en benen een rondje, het hele kleed zal of meedraaien of zich ophopen onder je romp.

Tijdens het pivoteren leert je kindje om met zijn linkerarm wat anders te doen dan met de rechterarm en wanneer je kindje het pivoteren door heeft zullen ook de benen mee gaan helpen.

Alles alle bovenstaande vaardigheden echt goed geoefend zijn en je kindje sterk genoeg is zal het gaan tijgeren, dit gaat eerst achteruit omdat het wegduwen met je armen eenmaal makkelijker is dan het naar je toe trekken. Je kindje zal geregeld onder een kast, bank of tafel vastliggen omdat het alleen de achteruit kent en jou dan nodig heeft om hem te ‘redden’. Pas wanneer je kindje dit goed doorheeften sterk genoeg is zal het in zijn vooruit gaan en tijgert het zo de hele woonkamer rond. Dit hele proces van rollen naar vooruit tijgeren duurt gemiddeld zo’n maand of twee al kan dit soms veel sneller en soms wat trager afhankelijk van de drive van je kindje.

Over twee weken lezen jullie hoe je kindje zich vanaf tijgeren verder gaat ontwikkelen tot uiteindelijk loslopen.

Liefs,  Anne