In de vorige blogs hebben jullie kunnen lezen hoe het in de motoriek gaat tot het tijgeren. Maar wat is de volgende fase en waar kun je rekening mee houden wanneer je kindje zo ver is? Dat lees je in deze blog.
Het tijgeren is een vaardigheid waarbij je kindje zo veel mogelijk asymmetrisch beweegt. De linker lichaamshelft doet wat anders dan de andere kant. Dit is nodig om je uiteindelijk verder te ontwikkelen. Vanuit hier zijn er veel verschillende variatie mogelijkheden.
Veel kinderen zullen vanuit hier af en toe in handen knieën stand (kruiphouding) komen. Een voorfase hiervan is het bovenlijf nog wel plat op de grond maar wel de billen van de vloer opgetild. Om uiteindelijk in kruiphouding te komen moet je flink wat spierkracht in de schouders en borstspieren opbouwen. Hier gaat dus heel wat oefenen aan vooraf.
Ready, alsmost, alsmost….
Voor een kindje echt in kruipstand komt te staan zullen er heel veel momenten zijn waarop je denkt dat het al lukt maar het eigenlijk weer als Bambi op glas ijs onderuit glijdt. Na een goede periode van oefenen zal je kindje eindelijk in handen knieën stand komen. Maar dan ben je er nog niet.
Handen knieën stand zal hééééél ? veel geoefend worden. In deze positie blijven staan is dan al moeilijk genoeg. Je kindje zal een beetje heen en weer gaan wiegen maar dan net zo snel weer op de buik gaan liggen en vervolgens verder tijgeren. Dit is simpelweg een stuk spierkracht wat nog opgebouwd dient te worden.
Lees ook: zitten
En dan?
Wanneer je kindje eindelijk zo ver is dat het in handen knieën stand kan blijven staan betekent dit niet dat het meteen de ‘vooruit’ gevonden heeft. Sommige kindjes gaan eerst in de ‘achteruit’ voordat ze weten hoe ze vooruit moeten gaan. Hier kun je verder niks aan veranderen, dit heeft simpelweg tijd nodig.
Doet mijn kindje nu nog andere dingen?
Ja zeker! Veel kindjes gaan vanuit kruipstand, vaak nog voor ze de ‘vooruit’ hebben gevonden, zitten. Dit gaat in het begin met een beetje gestuntel maar uiteindelijk dat het zitten vaak sneller komen dan het echte kruipen. Dit is ook pas het moment dat je je kindje eigenlijk op de billen ‘weg’ mag zetten.
Lees ook: billenschuiven
Pas wanneer je kindje goed zelf kan gaan zitten is het verstandig om het op de billen neer te zetten. Waarom? denk je misschien…
Eigenlijk moet je het vergelijken met wanneer jij niet kunt schaatsen. Je gaat schaatsen met iemand, je mag heen met een stoeltje en daarna neemt iemand de stoel van je af en schaatst heel hard weg. Dan voel je je knap ongelukkig. Ditzelfde gebeurt wanneer je kindje nog niet kan zitten maar je het wel neerzet. Het valt om. En dat gaat meestal naar achteren en veel te hard.
Dus, na tijgeren gaat je kindje lekker oefenen met handen knieën stand en zitten. Pas daarna zal het echt gaan kruipen! Eindelijk!
In de volgende blog gaan we het over variaties van kruipen hebben. Weet jij wat de volgende stap is? Je leest het volgende week!
